‘We gaan naar Mars, ‘ riep mijn collega Serge een paar weken geleden via de mail. Eerst dacht ik aan een grap, maar hij sprak de waarheid. We gingen storytellen met het managementteam van de Mars-fabriek in Veghel. En de locatie loog er ook niet om: een echt kasteel, midden in het Brabantse land. Een betere omgeving voor een workshop storytelling kun je je eigenlijk niet wensen.
Ik heb die dag weer veel geleerd. Allereerst had de directeur een mysterieus boek (met als titel Against the Tide) bij zich, waarin in 47 verhalen de geschiedenis van Mars stond opgetekend. Ook het Nederlandse ontstaansverhaal stond erin beschreven. Het kloeke boek stamde uit 1989. Een knap staaltje corporate storytelling stammend uit de tijd dat zelfs Van Riel er nog niet van had gehoord. Dat heb je met familiebedrijven. Ik heb het hele internet afgezocht maar het boek nergens gevonden. Jammer, want ik wil het graag van begind tot eind lezen.
Tijdens het diner, halverwege de sessie, werd mij fijntjes uitgelegd waarom er nooit Marsen of Bounty’s van wite chocolade op de markt zullen komen. Ik kreeg een lesje van eigen deeg: zoet op zoet werkt niet. In smaakbeleving moet altijd contrast zijn, net als in verhalen. Anders is het niet spannend meer en ben je de reep al snel zat.
De verhalen, later die avond logen er niet om. Ik maakte kennis met een gedreven organisatie met een missie, een hechte club met een doel. Maar het allermooiste bleef bewaard tot bijna het einde. In een van de laatste verhalen kwam ineens het woord ‘chocoladekamer’ voorbij. Het zette zich vast in mijn hoofd, het plaatje had ik er al snel bij bedacht. En hoewel iedereen me na afloop van de sessie probeerde duidelijk te maken wat er in die kamer werkelijk werd gedaan, klamp ik me vast aan mijn eigen beeld van die wonderlijke chocoladekamer in het hart van de Mars-fabriek.