Ik moet jullie iets bekennen. Lang geleden, in het begin van de jaren negentig van de vorige eeuw, had ik – ambitieus als ik was – bedacht dat ik een bureau-erkenning ging halen. Met zo’n ROTA-erkenning kon je je eigen reclamebureau beginnen. Dat leek me wel wat (rijkdom, prijzen, roem, continue champagne-infuus) en ook weer niet (zaken doen, etentjes met klanten, personeel). Maar je bent jong en je moet toch wat. Dus vroeg ik geld aan mijn baas om de opleiding te volgen. Hij gaf me het, en zei daarbij nog iets over hard studeren en niet onderschatten en anders terugbetalen. Ik luisterde maar half, ik zat na te denken over de naam van mijn eigen bureau. Vanaf dat moment ging ik trouw iedere maandagavond naar een groezelig leslokaal van de SRM, vierhoog aan de Keizersgracht in Amsterdam.

Van de lessen kan ik me niets meer herinneren, van mijn klasgenoten evenmin. Het eerste deel was het meest saaie: Algemeen Bureaumanagement, Financieel Bureaumanagement, Regelen & Wetten. Na een halfjaar gingen we op examen. Als een ware bureaumanager in de dop haalde ik voor het algemene en het financiële deel een acht. Ik had geluk: het bureau waar ik werkte had net een drastische reorganisatie ondergaan en toevallig ging het examen ook over reorganiseren. Blijkbaar waren het barre tijden, ook voor de bureau’s. Voor het vak  Regelen en Wetten zakte ik ondanks gedegen voorbereiding als een bakfiets in de gracht. Ik haalde iets van een drie of vier. Maar omdat de hele klas was gezakt, en wij collectief klaagden dat er veel te moeilijke vragen waren gesteld, werd besloten ons een herkansing te gunnen: een mondeling.

Op een zonnige lentemiddag reed ik naar het kantoor van de Raad voor Orde en Tucht in het Advertentiewezen om mijn mondeling af te leggen. Een statig pand aan de Emmalaan in Oud-Zuid. Toen ging het blijkbaar nog crescendo met het Advertentiewezen. Na wat zenuwachtig heen en weer schuifelen op de gang, mocht ik binnenkomen. Twee grijze heren aan een antieke tafel stelden me om en om allerlei lastige vragen waar ik hakkelend een antwoord op probeerde te geven. Het werd een ramp, ik wist zo goed als niets. De heren waren zo vriendelijk me geen cijfer te geven, maar me naar huis te sturen met het advies iets creatiefs te gaan doen. Blijkbaar was ik niet in de wieg gelegd voor deze juridische rechtlijnigheid. Meteen ben ik gekapt met de opleiding, de SRM kon wat mij betreft voorgoed de boom in.

Afgelopen  donderdag hebben we het bijgelegd. Ik was uitgenodigd om op een goeroebijeenkomst van de SRM mijn verhaal over storytelling te komen vertellen. Er was veel veranderd. Van die vroegere groezeligheid en strengheid was niets meer te merken. Met honderdveertig vakgenoten in een bibliotheek vol boeken voelde het stiekem, alsof ik die twee grijze muizen alsnog had verslagen. Het werd een heerlijke avond over en met verhalen van vakgenoten die er net zo veel zin in hadden als ik. Er werd geen enkele lastige vraag gesteld. Het verslag van deze bijzondere No Story No Glory bijeenkomst kun je hier lezen.

Dit bericht verscheen 13 maart op storytellingmatters.nl